Wie – wat – wanneer

Groep: 3-4

Tijdsduur: 15 minuten

Seizoen:   nazomer

Wat heb je nodig?

• Een blad met een gal (bijvoorbeeld een galappel op een eikenblad).
• Glazen pot
• Een stukje gaas
• Een elastiekje

Tips & links

Tips:  

• Als er een gaatje in de gal zit, is de bewoner al vertrokken. Zorg dus voor een verse gal waar het eitje of larfje nog in zit.
• Voor meer informatie over gallen: www.gallen.com en www.galleninnederland.com

Opdracht

Er zijn insecten die in bladeren of twijgen prikken om er eites in te leggen of te overwinteren. De gestoken plant reageert daarop met een gal, waarin zich dan de larve ontwikkelt. Een gal is een woekering van het bladweefsel. Eikengalwespen zijn slechts 2mm grote insecten met gevleugelde wijfjes. Zij veroorzaken allerlei gallen. De vorm hangt af  van de soort galwesp en het geslacht ervan. De eikengalwesp veroorzaakt op eikenbladeren vaak rode of gele ronde gallen van zo'n 3 cm in doorsnede. In de gal vind je, afhankelijk van het tijdstip, een volgroeid insect of een larve.

• Neem een lege, schone jampot.
• Leg het blad met de galappel erin.
• Sluit de pot af met het stukje gaas en het elastiekje.
• Zet de pot buiten op een plekje waar de regen niet bij kan.
• Nu maar afwachten. Ga regelmatig kijken.
• In de lente vind je een witte larve in de groene gal.
• In de herfst verpopt de larve zich.
• De volgende winter  ontpopt zich een zwart en glimmend vliesvleugelig insectje, familie van de wesp, de galwesp.

Een galwesp is dan wel familie van de wesp, wij mensen hoeven niet bang te zijn voor steken, dat doet de galwesp alleen in de plant waar zij haar eitjes afzet. Galwespen leven van kleine insecten.